|
De dingen die voorbijgaan
G'day,
Even een kort bericht vanuit Sydney, waar het al dagen achtereen 37 graden is en waar het nog dagen, zo niet weken zal duren voordat de bosbranden, de ergste uit de geschiedenis van New South Wales, onder controle zijn. Dat zal ik zelf waarschijnlijk niet meemaken, omdat ik morgenavond naar Auckland vlieg. Na vier maanden Australie is het tijd om Nieuw-Zeeland te ontdekken.
Het nieuwe jaar ben ik perfect van start gegaan. Mijn Oud & Nieuw begon 's middags al in Scruffy Murphy's, een Ierse pub in het centrum van Sydney. Met een hoop vrienden ben ik daar dronken geworden en even voor middernacht meegesleept naar Circular Quay om het vuurwerk op de Harbour Bridge te bekijken. Het was onwaarschijnlijk druk, maar de moeite waard. Het vuurwerk duurde ruim een kwartier en was immens. Groot, groter, grootst!
De rest van de nacht heb ik doorgebracht met Emilee uit Canada, met wie ik het erg goed kon (en kan) vinden. Later die dag vertrok ze samen met John en Nic, twee andere goede vrienden uit The Castle, naar Melbourne, zodat ik een beetje verdrietig achterbleef.
Sindsdien gaat er geen dag voorbij of mensen vertrekken uit The Castle. Na Kerstmis en Oud & Nieuw heeft zo goed als iedereen de draad van het reizen weer opgepakt. Zelfs Veronika, die sinds begin september in The Castle is geweest, is gisteren vertrokken richting Melbourne.
Mensen komen, mensen gaan - morgen ben ik de volgende. Vanavond gaan we nog een keer The Coogee Bay Hotel onveilig maken en dan is het tijd om afscheid te nemen van Sydney, een stad die voorgoed mijn hart gestolen heeft. Maar er is nog zoveel meer te doen, in Nieuw-Zeeland en in Australie, en daarom ben ik blij dat ik verder ga met reizen; een nieuwe start, nieuwe mensen, nieuwe plaatsen, nieuwe avonturen.
In Nieuw-Zeeland ben ik straks hoogstwaarschijnlijk niet telefonisch te bereiken, omdat Australische gsm's daar niet schijnen te werken. Ik zal meer dan ooit aangewezen zijn op e-mailen, en ik hoop veel te lezen te krijgen van iedereen. En voor de mensen die me willen zien: ik heb een lading nieuwe foto's op mijn website geplaatst. De directe link is https://svenson75.tripod.com/svendownunder/id8.html
Cheers,
Sven
++++++++++
Kia ora!
Kia ora!
Oftewel: hallo allemaal! Het is zaterdagmiddag in Auckland en het regent dat het giet, dus een uitstekend moment om jullie een indruk te geven van mijn eerste dagen in Nieuw-Zeeland.
Afgelopen woensdagavond ben ik van Sydney naar Auckland gevlogen. De avond daarvoor had ik in The CBH afscheid genomen van al mijn vrienden uit The Castle, een vaarwel dat (niet verwonderlijk) uitdraaide op een lange, gezellige nacht.
Tijdens de laatste uren in Sydney had ik gezelschap van Tony, Lars, Sam en Anita, die zo vriendelijk waren geweest om me naar het vliegveld te brengen. Het gaf aan de ene kant een gek gevoel om Australie te verlaten, een land waar ik in korte tijd erg aan gehecht ben geraakt, maar het was aan de andere kant ook een aantrekkelijke gedachte om tijdelijk van decor te verwisselen en een ander land te ontdekken.
De vlucht met Qantas verliep prima en even voor middernacht landden we in Auckland, waar de regen met bakken uit de hemel viel. Ik heb de bus genomen naar mijn hostel in het centrum, heb daar een kort bezoek aan de bar gebracht, en ben vervolgens als een blok in slaap gevallen.
Donderdag was een prachtige dag. Ik heb de dag doorgebracht in de haven, waar iedereen op dit moment in de ban is van de Volvo Ocean Race, de zeilrace rond de wereld die halt heeft gehouden in de stad die niet voor niets The City of Sails wordt genoemd. Auckland lijkt erg op Sydney, met de Harbour Bridge, een immense haven en talloze zeilboten. Nieuw-Zeeland lijkt tot dusver sowieso bijzonder veel op Australie, maar ik neem aan dat ik dat beeld binnenkort zal moeten bijstellen.
Vrijdag heb ik een boottocht gemaakt naar Rangitoto Island. Daar heb ik de Rangitoto beklommen, de grootste vulkaan van Auckland. Het uitzicht vanaf de top van het vulkaaneiland was prachtig, in tegenstelling tot het uitzicht in de Lava Caves, de grotten van lava waar het (verrassenderwijs) pikkedonker is. En stil!
Vandaag ben ik druk bezig geweest met het plannen van mijn reis voor de komende weken. Morgen vertrek ik met de bus naar Paihia, een plaatsje in het noorden van het land, maandag maak ik een lange dagtocht naar Ninety Mile Beach en Cape Reinga, helemaal in de top van Nieuw-Zeeland, dinsdag is het tijd voor een cruise naar de Bay of Islands en The Hole in the Rock, en woensdag keer ik met de bus terug van Paihia naar Auckland. Daar word ik donderdagochtend vroeg opgepikt door de Magic Bus, die me de weken daarna van noord naar zuid gaat vervoeren. De eerste stop is Rotorua, beroemd om zijn geisers en modderbaden.
Genoeg te doen dus. Ik verwacht veel van Nieuw-Zeeland, al moet ik zeggen dat ik tot nu toe niet zo te spreken ben over het weer. Ik ben ongemerkt erg gehecht geraakt aan de warmte in Australie. Maar ik vlieg op 12 januari terug van Christchurch naar Melbourne, en tot die tijd is het dragen van een regenjas wel uit te houden, hoop ik.
Iedereen in Nederland het beste gewenst!
Have fun,
Sven
PS: Wie nog meer foto's wil zien van mijn Oud & Nieuw in Sydney, verwijs ik met alle plezier door naar http://www.robbeard.com, de website van mijn Engelse vriend Rob. De foto's zijn ook te bezichtigen op http://www.geocities.com/bobtastic/seensydneyNYE.htm - maar ik hoop dat ze binnenkort worden gecensureerd!
++++++++++
Northland
Kia ora!
Opnieuw groeten uit Auckland, waar ik een paar uur geleden de bus ben uitgerold. Het is woensdagavond, heerlijk weer en ik ben nog aan het bijkomen van een prachtige trip naar the Northland, het uiterste noorden van Nieuw-Zeeland, zeg maar alles boven Auckland.
De afgelopen dagen heb ik doorgebracht in Paihia, een lief, klein toeristenplaatsje dat me sterk deed terugdenken aan Airlie Beach, mijn favoriete plek aan de oostkust in Australie. In Paihia had ik ook, voor het eerst sinds meer dan vier maanden, weer eens een kamer voor mezelf alleen. Dat was tijdens mijn tweede nacht; de nacht ervoor en de nacht erna was de kamer vol. Heel vreemd, maar ik moet eerlijk bekennen dat een volle kamer stukken leuker is dan een lege, hoe fijn privacy ook is. Ik ben er de afgelopen tijd aan gewend geraakt dat je als backpacker dag en nacht mensen om je heen hebt.
Ik heb veel nieuwe mensen ontmoet in Paihia, in de bus, in mijn hostel en tijdens de trips die ik heb gemaakt; ik moet zeggen dat het me wel bevalt om weer alleen op reis te zijn. Mijn eerste trip, afgelopen maandag, had als doel Cape Reinga, bijna het noordelijkste punt van Nieuw-Zeeland. Ik was er toen het bewolkt was en mistig op zee, zodat ik echt het gevoel had aan het einde van de wereld beland te zijn. Maar Cape Reinga is om meerdere redenen bijzonder. Het is de plaats waar de Maori, als ze zijn overleden, hun ziel in zee laten verdwijnen, en het is de plaats waar de Tasman Sea en de Pacific Ocean samenkomen; vlak voor de kust gaan de golven van links naar rechts en van rechts naar links.
Ter illustratie van het bizarre klimaat in Nieuw-Zeeland: nog geen uur na onze spookachtige beklimming van Cape Reinga waren we, onder een strakblauwe hemel, aan het pootjebaden op een nabijgelegen strand. De rest van de dag hebben we besteed op Ninety Mile Beach, een strand dat eerder negentig kilometer dan negentig mijl lang is. Hoogtepunt was het sandboarden, met je buik op een surfboard, en met een rotvaart, van een gigantische zandheuvel afzeilen. Minpuntje was de wandeling naar boven door het zand; ik heb in geen maanden zo afgezien als daar op de Giant Sand Dunes.
De tocht naar Cape Reinga en Ninety Mile Beach was om nog een reden onvergetelijk. Rob, de chauffeur van onze bus, heeft het gepresteerd om van half acht 's ochtends tot zeven uur 's avonds aan een stuk door aan het woord te zijn. Eerst waren zijn verhandelingen nog wel leerzaam en vermakelijk, maar na de daaropvolgende uiteenzettingen over zijn dvd-collectie, de 175 fouten in The Matrix, alle spelers van de nationale rugbyploeg van Nieuw-Zeeland en de bizarre douche-avonturen met zijn broertjes en zusjes hing iedereen van ellende hoog in de gordijnen. Een busrit waar reizigers de chauffeur bestoken met proppen van papier; nog nooit meegemaakt!
Mijn tweede trip vanuit Paihia, afgelopen dinsdag, was niet met de bus, maar met de boot. Het was de bedoeling om een cruise te maken naar the Hole in the Rock, de beroemde rots met een gat erin, maar omdat de zee te woelig was konden we dat toppunt van imperfectie niet bereiken. In plaats daarvan hebben we alle andere acht miljoen eilanden in the Bay of Islands aangedaan, en hebben we de halve middag doorgebracht met het bekijken van dolfijnen. En dat was eigenlijk veel leuker dan die rare rots met dat rare gat. Er was een groep van vier dolfijnen die geen genoeg kon krijgen van onze boot. Ze cirkelden er voortdurend omheen en lieten zich zelfs niet afschrikken door alle zwemmers in het water, die maar al te pijnlijk duidelijk maakten dat mensen er niet bepaald voor gemaakt zijn om zich voort te bewegen in het water. Vier Flippers en een dozijn houten Klazen, zo zag het eruit.
Zelf ook gezwommen en gesnorkeld, maar kon helaas geen enkele dolfijn bijhouden. Vandaag de was gedaan en met de bus terug naar Auckland gereisd. Morgen op pad met de Magic-bus. Eerste doel: Rotorua.
Tot gauw!
Sven
++++++++++
Going South
Kia ora!
Iedereen de hartelijke groeten, deze heerlijke maandagnamiddag in de hoofdstad van Nieuw-Zeeland, waar de mensen vrij en vrolijk zijn vanwege de Wellington Anniversary Day. Gisteren was het stervenskoud, vandaag vallen de mussen van het dak, zo warm is het. Ik heb me er maar bij neergelegd dat het weer in dit land zo onvoorspelbaar is als... het weer!
Sinds ik afgelopen donderdag in Auckland op de Magic-bus ben gestapt, heb ik nauwelijks een moment rust gehad. In sneltreinvaart een samenvatting van waar ik ben geweest en wat ik heb gedaan:
Donderdag: Allereerst, in alle vroegte, Mount Eden beklommen voor een fraai uitzicht over Auckland. Vervolgens vertrokken in zuidelijke richting naar Waitomo. Daar de Waitomo Caves bezocht en me laten overhalen tot een avontuur dat 'cave tubing' wordt genoemd: in een met lucht gevulde binnenband van een auto door de grotten dobberen. In volle duisternis duizenden gloeiwormen gezien, bijna omgeslagen in het ijskoude water, een metershoge sprong van een waterval gemaakt, en met m'n ogen dicht van een supersteile, ondergrondse glijbaan afgespetterd. 's Avonds nagenoten in Rotorua en dronken geworden in de bar.
Vrijdag: Rotorua stinkt - naar rotte eieren om precies te zijn. Toch is het de toeristische hoofdstad van het noordereiland (alias Roto-Vegas), omdat de stank wordt veroorzaakt door de talloze thermische bronnen in en om de stad. Overal waar je komt dwarrelt de rook uit de grond. De middag doorgebracht in the Rotorua Museum of Art&History, waar een expositie is gewijd aan de uitbarsting van de Tarawera-vulkaan in 1886, die het landschap in de wijde omgeving voorgoed veranderde. Vroeg in de avond met Georgina, een Engels meisje dat sinds dag 1 (gisteren) m'n Magic-reisgezel is, op de bus gestapt voor een traditionele 'hangi' in het Maori-dorp Tamaki. Voorafgaand aan de 'hangi' (een uitgebreid diner dat bestaat uit in een put bereid eten) werden we getrakteerd op een Maori-concert dat uitdraaide op een wilde groepsdans, met Sven in de hoofdrol vanwege de uiterst ongecontroleerde, cultureel volledig onverantwoorde bewegingen die in zijn ogen moesten doorgaan voor een originele Maori-krijgsdans. Nog erger: op de terugweg in een overvolle bus voldaan aan het verzoek om het Wilhelmus te zingen. Desondanks een geweldige avond!
Zaterdag: Na een korte dwaaltocht door the Redwood Forest in Rotorua aanbeland bij de Lady Knox Geyser, een enorme geiser die elke ochtend om kwart over tien kortstondig tot uitbarsting komt. Je kunt de klok er op gelijkzetten, maar niet omdat de natuur het zo wil; er wordt namelijk een halve liter waspoeder in de geiser gegooid, wat een ondergrondse chemische reactie en uiteindelijk een uitbarsting tot gevolg heeft. Daarna rondgewandeld in de Wai-o-tapu Thermal Reserve, een park met alles wat het noorden van Nieuw-Zeeland zo bijzonder maakt: geisers, bubbelende modderbaden, gifgroene meren en the champagne pool, een kokende waterplas in alle kleuren van de regenboog, die helaas wat moeilijk te onderscheiden zijn tussen alle dampwolken door. Na een tussenstop in het bizarre pretpark Rock 'n' Ropes (waar deze Tarzan-wannabe, onder zachte dwang, van vijftien meter hoog naar beneden is gesprongen met enkel een touw - en het angstzweet - in zijn handen) de rest van de middag besteed aan de kolkende, zonovergoten Huka Falls en Lake Taupo, het grootste meer van Nieuw-Zeeland, dat is gelegen op een gigantische (actieve!) vulkaankrater. Overnacht in Turangi en hopeloos verloren in de plaatselijke poolcompetitie.
Zondag: Tegen mijn natuur in al om half zeven opgestaan, omdat niet veel later de bus zou vertrekken die mijn gezelschap van die dag naar de Tongariro Crossing zou vervoeren, het beginpunt van een lange en zware wandeling door Tongariro National Park. Zou, want het park bleek gesloten te zijn vanwege de hevige regenval van de afgelopen nacht. De gedachte aan een zondag in Turangi (waar behalve poolen, bier drinken en cricket kijken bar weinig te doen is) was zo onverdraaglijk dat Georgina en ik op het laatste moment op de Magic-bus zijn gesprongen, bestemming Wellington, waar het immens koud was. Ontdooid in de pub met mijn Ierse vrienden uit de bus.
Maandag: Een feestdag in Wellington, waar het plotseling immens warm is. Een kijkje genomen bij the Beehive, een afschuwelijk lelijke replica van een bijenkorf die door het leven gaat als parlementsgebouw, en urenlang rondgedoold in Te Papa, het nationale museum van Nieuw-Zeeland, dat met afstand het leukste, grappigste en boeiendste museum is dat ik ooit heb bezocht. Een absolute aanrader, al was het maar vanwege de (tijdelijke) expositie 'Going Dutch', die is gewijd aan de Nederlandse invloeden op het leven in Nieuw-Zeeland. Zat ik ineens aan de andere kant van de wereld naar een video van Koninginnedag te kijken!
Van 'Going Dutch' naar 'Going South' (zoals mijn troetelband Dead Moon jaren geleden al zong) is maar een kleine stap. Een stap van drie uur, die we morgenvroeg gaan nemen met de ferry van Wellington naar Picton. De eindbestemming is Nelson, dat op zijn beurt weer startpunt is van een trip naar Abel Tasman, een van de beroemdste nationale parken op het zuidereiland. Veel te zien, veel te doen.
En nu is het etenstijd. Iedereen nogmaals het allerbeste gewenst vanuit Wellington. Met mij gaat alles prima, hopelijk met jullie ook.
Tot gauw,
Sven
++++++++++
KJ 73
28 januari
Kia ora!
De afgelopen week is veruit de meest bizarre geweest sinds ik op 2 september van het vorige jaar uit Nederland ben vertrokken. Ik heb gewandeld over gouden stranden en gezwommen in een groenblauwe zee, ik ben door een helikopter afgezet op een hagelwitte gletsjer, en ik heb, nauwelijks een paar uur geleden, een onwaarschijnlijke sprong gemaakt van een 43 meter hoge brug - inderdaad, de BUNGYJUMP!!! Voor wie de tijd heeft om het te lezen, dit is mijn dagboek:
DINSDAG:
Als even na 8 uur 's ochtends de veerboot uit Wellington vertrekt met Georgina en mij aan boord, zie ik het noordereiland van Nieuw-Zeeland kleiner en kleiner worden. Nog geen 2 uur later doemen de Marlborough Sounds voor ons op, een even fraaie als eindeloze verzameling baaien, bergen en eilanden die ons welkom lijken te heten op het zuidereiland, waar - als we de verhalen mogen geloven - dit gekke land op z'n mooist is. We worden met rugzak (20 kilogram zwaar inmiddels) en al uitgeladen in Picton en enkele uren later opgepikt door de Magic-bus, die ons naar Nelson brengt. We zien veel bekende gezichten, dineren volledig volgens de Engelse traditie met bangers&mash, een combinatie van aardappelpuree en worst, en gaan noodgedwongen vroeg naar bed, want voor de volgende dag staat een lange trip op het programma naar Abel Tasman National Park.
WOENSDAG:
Ik vind mezelf om 10 voor 7 's ochtends terug in een bus. Als ik 2 uur later wakker word, heeft de bus halt gehouden in Kaiteriteri, waar een boot ons opwacht. We prijzen ons gelukkig met het prachtige weer, maken een cruise langs de kilometerslange kustlijn van Abel Tasman, en worden afgezet in Torrent Bay. Daar beginnen we aan de wandeling naar Marahau, die zo'n 6 uur in beslag zal nemen voor mij en mijn Engelse (Georgina, Tristan), Zweedse (Stefan en Jenny) en Zwitserse (Nadia) reisgenoten. In Stilwell Bay, waar de zee groen en blauw is en het strand van goud, nemen we uitgebreid de tijd voor de lunch en een verfrissende duik in het heldere water. Ik zwem, enigszins beschaamd, in mijn onderbroek, omdat ik in alle vroegte mijn zwembroek ben vergeten, en word achtervolgd door een vliegende vis. Zomaar, op een woensdag.
DONDERDAG:
Busdag - en slaapdag. Nog nooit zoveel geslapen in een bus als vandaag. Tussendoor houdt de Magic-bus halt bij Cape Foulwind, waar we in alle stilte de zeehondenkolonie bezoeken, en in Punakaiki, waar ik word betoverd door de magie van de Pancake Rocks, enorme rotsen met dunne lagen, die lijken op een stapel pannenkoeken. We zijn aan de westkust, die we prompt uitroepen tot het allermooiste gebied van Nieuw-Zeeland. De zee slaat tegen de rotsen, golven spuiten omhoog door de openingen in de stenen, en ik maak weer veel te veel foto's. Het eindstation is Greymouth, een weinig verheffende plaats met behalve een barbecue voor 3 dollar in de plaatselijke pub ook Noah's Ark, het leukste hostel van het hele land. Elke kamer heeft een dier als thema, en waar anderen het geluk hebben in the Penguin, Tiger of Zebra Room te belanden, gaat Sven voortaan door het leven als... schaap.
VRIJDAG:
Na te zijn bevrijd uit the Sheep Room word ik losgelaten uit de bus voor een tussenstop in Ross, een vlek op de landkaart, die ooit (zo'n 100 jaar geleden, wat voor Nieuw-Zeelandse begrippen overeenkomt met de Middeleeuwen) werd bevolkt door goudzoekers. Georgina gaat terug in de tijd en vindt, met enige hulp, dunne schilfers goud tussen de stenen. We arriveren vroeg in de middag in het plaatsje Franz Josef, aan de voet van de gelijknamige gletsjer, die beide zijn genoemd naar een voormalige keizer van Oostenrijk. Rare jongens, die Kiwi's.
En dan:
Samen met mijn Ierse busvrienden Damian, Susan, Alan en Louise neem ik plaats in een helikopter. Wat volgt is een vlucht van 10 minuten (de eerste helikoptervlucht van mijn leven!) over het hooggebergte en de Franz Josef-gletsjer. We maken een veilige landing en wachten op de rest van onze groep, waarna we onder leiding van onze gids Fossil beginnen aan onze tocht over de gletsjer. Het is helder en niet al te koud, we dragen bergschoenen met spikes en zien er, denken we, nogal indrukwekkend uit, gewapend met een pikhouweel. We manoeuvreren ons door ijsgrotten en beklimmen bergen van ijs. Dit is, zowel letterlijk als figuurlijk, het hoogtepunt van mijn reis door Nieuw-Zeeland. Voor mijn gevoel veel te vroeg worden we weer opgehaald door de helikopter. Nog eens 10 minuten later is de 'helihike' alweer verleden tijd.
ZATERDAG:
Rustdag in Franz Josef. De was gedaan en backgammon gespeeld.
ZONDAG:
Back on the road again. De bus maakt een vroege tussenstop bij Lake Matheson, het meest gefotografeerde meer van Nieuw-Zeeland. En niet zonder reden, want het water is zo helder als glas en de lucht wordt gereflecteerd in het rimpelloze meer. (Foto's van Lake Matheson kun je omdraaien zonder dat je het verschil ziet.) De volgende stop is in een gehucht dat volgens de Lonely Planet New Zealand 40 inwoners telt, een aantal dat wordt verdubbeld zodra de Magic-bus er stopt: Makarora. De rest van de middag en avond moeten we onszelf zien te vermaken in het vakantiepark waar we overnachten, wat aardig lukt in en rond het zwembad. De koelkast blijkt volgepropt te zijn met vlees voor de barbecue, bier en wijn. Topavond!
Toch, ondanks alle gezelligheid met mijn lotgenoten uit de bus in het verder verlaten Makarora, zit ik die avond niet helemaal op m'n gemak. Vaker en vaker zie ik de lijst voor me waar ik enkele uren eerder mijn naam op heb gezet. "Maandag, bungyjump Kawarau Bridge, deelnemer: Sven Remijnsen." Na het duiken en de skydive in Australie, en sandboarding, cave tubing en de Giant Rope Swing in Nieuw-Zeeland, denk ik klaar te zijn voor de ultieme uitdaging. Maar ik ben bang.
MAANDAG:
Ik slaap slecht en word wakker met een kater. Ik merk dat mijn handen trillen. Ook tijdens onze stop bij Lake Wanaka spookt de bungyjump door mijn hoofd. De Engelse Magic-meisjes Tessa en Karen gaan verder met het verhaal waar ze de avond daarvoor aan begonnen waren: De Bungyjump; De Gevaren, De Missers En De Verschrikkelijke Gevolgen. Ik luister, en neem een beslissing. Geen bungyjump vandaag.
Vanaf de Kawarau Bridge, de eerste officiele bungyplek ter wereld en de thuishaven van bungypionier A.J. Hackett, is het 43 meter tot het water van de rivier. Verschillende mensen uit onze groep hebben besloten om die afstand al springend af te leggen met een elastiek aan hun benen. Carl heeft die ochtend een skydive gedaan en begint een paar uur later aan zijn bungyjump; voor hem is voortaan geen brug te ver meer. Ik sta achter mijn beslissing, maar begin meer en meer te twijfelen als ik de eerste mensen van de brug zie springen. Zo hoog lijkt het niet, het elastiek houdt stand, en niemand slaat te pletter in het water.
Ik doe het. Ik ren naar de balie en moet wachten op Tessa en Karen, die eveneens plotseling van mening zijn veranderd. Tessa heeft geluk en mag springen, wij zijn te laat en moeten toekijken. Terwijl Tessa springt, boek ik mijn sprong voor de volgende dag. I'll be back.
Laat in de middag komen we aan in Queenstown, The Adrenalin Capital Of The World. Ik koel af in het ijskoude water van Lake Wakatipu en merk dat ik rusteloos ben. Morgen is te ver weg.
DINSDAG:
Ik sta haast te juichen als de bus arriveert om Georgina, mijn mentale steun en toeverlaat, en mij terug te brengen naar de Kawarau Bridge. Eenmaal daar aangekomen ren ik zo ongeveer de brug op. Dit is, zo bedenk ik me, de manier waarop ik de bungyjump wil ervaren: met plezier, niet met angst.
Er wordt een handdoek om mijn benen gewikkeld, die stevig wordt vastgeklemd met een touw dat wordt bevestigd aan het vuistdikke elastiek. Ik kan mijn voeten nauwelijks nog bewegen.
Ik schuifel naar de rand van het platform.
Ik zwaai naar de toeschouwers.
Ik kijk naar beneden.
Ik besluit niet meer naar beneden te kijken.
Ik kijk naar mijn handen, waarop met viltstift codes zijn geschreven. Mijn code is KJ 73; Kawarau Jumper, 73 kilogram.
Ik hoor mijn instructeur roepen...
"One two three BUNGY!!!"
Ik spring.
Mijn vrije val duurt een paar seconden, maar het verbaast me hoe helder ik onderweg naar beneden kan denken. Ik denk: volgens mij doe ik iets verkeerd. Ik denk: normaal gesproken springen mensen met hun armen en hun hoofd naar beneden. Ik denk: waarom spring ik dan met mijn voeten naar beneden? Dan word ik omhoog gekatapulteerd door het elastiek en zwabber ik op en neer door de lucht. Ik ben mijn orientatie volledig kwijt. Gelukkig word ik al gauw opgevist door de boot in de rivier. Terug aan wal sta ik te trillen op mijn benen. Zenuwen achteraf!
In het kantoor van A.J. Hackett krijg ik korting op de videoband van mijn sprong. Dat heeft, verbeeld ik me, alles te maken met de unieke wijze waarop ik van de brug ben geduikeld. Ik doop mijn sprong "Feet First" (voeten eerst) en zet daarmee een punt achter mijn gevaarlijke avonturen in Nieuw-Zeeland. Vanaf nu doe ik het rustig aan; zeehonden en pinguins kijken in Dunedin, zwemmen met dolfijnen in Kaikoura. Nog zo'n week als deze en ik wil hier nooit meer weg. I LOVE NEW ZEALAND!
WORDT VERVOLGD
Tot gauw,
Sven
++++++++++ |